Negen geopolitieke stellingen over Europa

17 II 2022
Toespraak voor genootschap De Tomaat, Sociëteit de Witte, Den Haag.

De 19e eeuwse Italiaanse schrijver Edmondo de Amicis bezocht niet alleen Istanboel maar ook Den Haag. In zijn reisboek over Holland uit 1874 beschrijft Edmondo de Amicis een bezoekje aan Sociëteit de Witte. Wat hem het meest opvalt bij zijn Nederlandse gesprekspartners is hun geïnformeerdheid over wat er in de hoofdsteden van Europa gebeurt. Dat is zo gebleven.

Ons genootschap past in deze traditie van buitengaats denken.
De agenda wordt vaak door het buitenland gedicteerd. Ik waag het daarom wat te mediteren over de toekomst van het buitenland.

Ik heb mij voornamelijk laten leiden door het begrip imperium.
En beperk mij  tot geopolitieke kwesties. Verheldert dit begrip imperium, te omschrijven als het bestuur over meerdere naties,
onze blik op de wereld?

Ik wil dat doen door telkens een ander aspect te introduceren om daaraan een soort stelling te hechten die mogelijk aanleiding tot discussie biedt.

Het eerste aspect is de vraag of de eenwording van Europa nu een puur internationaal project of ook een imperiaal project is.

Naar mijn mening is het karakter van de Europese Unie niet dat van een international lichaam als de VN. Haar reden van bestaan is niet alleen een platform te bieden voor overleg tussen naties, maar ook om een oplossing te bieden voor het ontbreken van continentaal leiderschap.

Het model voor Europa, wil het niet irrelevant zijn, lijkt het imperium. Het imperium is vooral, zoals de naam zegt, gericht op het nemen van beslissingen, en niet alleen op onderlinge afstemming. Het tilt de besluitvorming op een bovennationaal plan.

Ik heb dit al eens (2015) betoogd in het Financieel Dagblad, maar kreeg geen reactie. Het enige model waarover de vaderlandse publieke opinie spreekt, lijkt het poldermodel. Spreken over het imperium lijkt taboe.

Dit is niet zo in het buitenland. Ik geef een voorbeeld. In Le Monde Diplomatique van Februari 2022 schrijft Wolfgang Streeck van het Max Planck instituut in Keulen dat Duitsland zich doet gelden als la puissance centrale d’une Union Européenne plus en plus semblable à un empire. Frankrijk zou voorts de Europese integratie zien als een staatsvorming ten behoeve van geopolitieke belangen. In dit Europees imperium zou Duitsland vooral de economische macht nastreven, Frankrijk de militaire. Streeck schrijft deze maand ook in the London Review of Books.

Stelling: de geopolitieke situatie noopt Europa het karakter te onderkennen en te ontwikkelen van het imperium, niet zozeer de wil van de nationale staten

Maar biedt Europa daarvoor de ruimte? Door de koude oorlog zijn wij gewend geraakt aan een tweedeling. Er ageren in Europa op imperiale wijze al twee staten, Rusland en Amerika, en is er wel plaats voor een Dritte im Bunde?

De gedachte van een tweedeling is oud. Tocqueville betoogde al in zijn De la democratie en Amerique (1835 ch. X) dat Europa het geopolitieke schouwtoneel zou worden voor een rivaliteit tussen Rusland en Amerika. Hij deed dit in belangrijke mate op demografische groeiverwachtingen, maar hij zag dit ook als een strijd tussen antagonistische culturen. Tijdens de koude oorlog werd vaak verwezen naar deze voorspelling.

Ik citeer de passage in zijn geheel uit de oorspronkelijke Engelse editie die tegelijk met de Franse uitkwam:

There are at the present time two great nations in the world, which started from different points, but seem to tend towards the same end.
I allude to the Russians and the Americans. Both of them have grown up unnoticed; and while the attention of mankind was directed elsewhere, they have suddenly placed themselves in the front rank among the nations, and the world learned their existence and their greatness at almost the same time.

All other nations seem to have nearly reached their natural limits, and they have only to maintain their power; but these are still in the act of growth. All the others have stopped, or continue to advance with extreme difficulty; these alone are proceeding with ease and celerity along a path to which no limit can be perceived. The American struggles against the obstacles that nature opposes to him; the adversaries of the Russian are men. The former combats the wilderness and savage life; the latter, civilization with all its arms (revêtue de toutes ses armes). The conquests of the American are therefore gained by the ploughshare; those of the Russian by the sword. The Anglo-American relies upon personal interest to accomplish his ends and gives free scope to the unguided strength and common sense of the people; the Russian centers all the authority of society in a single arm. The principle instrument of the former is freedom; of the latter, servitude. Their starting-point is different and their courses are not the same; yet each of them seems marked out by the will of Heaven to sway the destinies of half the globe.

Stelling: de reductie van de imperiale tegenstellingen tot een ideologische tweestrijd, tussen vrijheid en slavernij, of eigenbelang en dictatuur, is een gevolg van rivaliteit tussen twee imperia en bemoeilijkt het nadenken over een derde geopolitieke weg.

Na de geopolitieke ontbinding van de Unie van Socialistische Sovjet Republieken (USSR) werd door Amerika aangenomen dat de imperiale tweestrijd definitief voorbij was. En het zich kon terugtrekken uit Europa.

Europa zou zich op het niveau van de nationale staten, verder gedragen als hulptroepen, zonder imperiale aspiraties.

Vanuit Rusland werden de Europese naties spiegelbeeldig gezien als marionetten van Washington.

Putin heeft, op een conferentie in München in 2007, al betoogd dat dit geen blijvende oplossing zou zijn. Er was een Europese oplossing nodig die Rusland bevredigde. Amerika deed het omgekeerde.

Het vervelende is dat Amerika overzee ligt en Rusland over land. De geopolitieke realiteit is dat Rusland onze directe buur is. Het hart van Rusland, (Petersburg, Moskou en Yalta op de Krim), ligt binnen Europa. De oplossing van de strijd valt alleen te verwachten van een Europese model.

De Oekraïne crisis is deels het gevolg van het ontbreken van een derde imperiale oplossing, namelijk een Europese.

Stelling: De plaats van Europa in de wereld kan niet door Amerika en Rusland worden bepaald, evenmin als de interne staatsvormen; dit moet door Europeanen gebeuren.

Het politieke hart van Rusland ligt geografisch in Europa. Rusland is moeilijk uit Europa weg te denken Maar Rusland is ook op een andere manier Europees. Het is ook een onderdeel van de Europese Expansie die rond 1500, een half millennium geleden, vorm kreeg.

De Europese commerciële expansie zou via de oceanen verlopen nu de natuurlijke continentale weg geblokkeerd was door de Mongoolse invasies. Het schiereiland Europa werd over land gescheiden van Azië. Deze expansie overzee leidde tot commerciële, militaire en politieke steunpunten, die men als de koloniën betitelde.

Rusland nam relatief laat aan deze terugkeer tot Azië deel, maar over de Oeral, over land.

Anekdotisch: ik zat eens in Moskou in de werkkamer van de Russische minister van onderwijs toen ons gesprek gestoord werd door een telefoontje uit Vladivostok, waar op een school een probleem moest worden opgelost. Het bracht mij de relatie van het Binnenhof met Batavia in gedachten. In die zin had de ontbinding van het Sovjet Rijk wel iets van een late dekolonisatie.

Stelling: de huidige visie van Putin, is ook een poging tot behoud van een imperium in Azië in een retroactieve postkoloniale reflex.

Europa gaf de overzeese koloniën op. Maar de dekolonisatie van de wereld door nationale bewegingen en de constructie van nieuwe nationale staten was gevolg van verwestering. Rond 2000 kleedde de wereld zich westers, produceerde westers, maar nam ook aan dat de postkoloniale wereld een westers type nationale staten zou kennen.

Dit zag de kleinigheid over het hoofd dat ook een geheel verwesterde wereld van nationale staten niettemin problemen zou kennen, zoals de geopolitieke ongelijkheid van staten onderling, en de schepping van nationale strijdkrachten, en de al dan niet democratische staatsvorm.

Door de constructie van de United Nations kon de VS als hegemoon in een overgangsfase van een halve eeuw een ordehandhavende rol spelen.

 Maar naarmate de verwestering, doorgaans modernisering genoemd, succes had en de VS te kampen kreeg met imperiale rivalen, of staatsgrepen van legers, of apert anti democratische staten, en daarbij geen oplossing bracht, trad een fase van latente geopolitieke anarchie in.

Stelling: In de komende vijf en twintig jaar zal geopolitiek een vervanging van de Verenigde Naties nodig zijn.

Het is voor de toekomst geen gegeven dat de staatsvorm een Westerse zal zijn. Voor het besturen van de staat was en is een permanent probleem de relatie van de besluitvorming tot de bevolking. Voorafgaand aan de verwestering bestond er een diversiteit van oplossingen.

Enkele staten hadden geavanceerde staatstelsels ontwikkeld die konden worden aangepast aan de verwestering, andere niet. Ik maak een snelle vogelvlucht westwaarts .

In de beide Amerikas werden de autochtone staatsvormen radicaal vervangen door westerse staten en een imperium. Dit leidde tot de Amerikaanse veronderstelling dat lokale tradities er niet toe doen. Dit verklaart ten dele de mislukking van Amerikaanse oorlogen van Viet Nam tot Afghanistan.

De verreweg belangrijkste bestaande politieke traditie die de koloniale expansie tegenkwam, was die van het Chinese Rijk. Dat vandaag na de heftige modernisering via het communisme deels terugkeert tot een vernieuwd oud staatsbestel, met een Mandarijnenkaste die de lakens uitdeelt over de commercie. En de grenzen van het Rijk van het Midden handhaaft.

Het Aziatische schiereiland India. Dit had met Europa gemeen dat het van binnenuit geen imperiale structuur ontwikkelde, die het subcontinent beheerste. De Perzische Moghuls (ca. 1550-1700), vreemd en blank, vervulden de keizerlijke rol. Zij konden daardoor betrekkelijk naadloos worden vervangen door de Britten.

In de enorme Islamitische wereld waren twee systemen in zwang: naast een betrekkelijk simpele op militaire verovering gebaseerde autocratie, bestond een heel andere politieke ideologie die op Koranieke interpretatie (hadith) stoelde en een grenzeloze umma (imperiale gemeenschap) veronderstelde.

Daarbinnen bestond wel de oude Perzische staatsvorm, die streed om de hegemonie in het niet-Chinese deel van Azië. En nog steeds als imperium de grens opzoekt met de Arabische wereld.

Stelling: de gedachte dat de wereld van de twintigste eeuw geen diverse politieke tradities zou hebben behouden, voorafgaand aan de moderne staat, is onrealistisch.

We hebben nu in vogelvlucht de wereld gehad. Hoe stond het met het imperium in Europa?

Het probleem van een imperiale staatsvorm die een oplossing biedt voor het samenleven van zeer diverse volken werd in Europa voor het eerst beantwoord door het Romeinse Rijk.

Dit Rijk verbond Azië met Europa en gaf Europa een imperiaal model.

Na de opgave van Rome als hoofdstad van het imperium, verhuisde het centrum naar Byzantium en bleef het rijk nog een millennium Europa en Azië verbinden.

Na de verovering van Constantinopel in 1453 door de Ottomanen gaf dit nieuwe imperiale Ottomaanse rijk pas eeuwen later de geest, meegezogen in de implosie van de Europese imperiale staten die de Eerste Wereldoorlog hadden ontketend.

Al deze naties, de Duitse, de Franse, de Britse, de Russische waren multinationaal en koloniaal. En streefden een vorm van hegemonie na in een imperiale rivaliteit die hen ten gronde zou richten.

Het gevolg van het niet oplossen van de imperiale kwestie in Europa bracht, in twee wereldoorlogen, het definitieve einde aan het Ottomaanse, Oostenrijkse, Duitse, Franse en Britse imperium.

Stelling: sinds de wereldoorlogen zijn Europa en het Nabije Oosten opzoek naar een vervanging van het Romeinse model, dat vrede tussen de naties brengt.

Een voorlopige oplossing kwam uit Amerika, waar na de deelname aan twee wereldoorlogen, die men niet zelf had veroorzaakt, de imperiale kwestie voor Europa beslecht werd door het afschaffen van de imperiale optie (te beginnen met het memorandum van Wilson in 1918). Europa zou voortaan alleen staten kennen.

 Hiermee bleven alleen Rusland, China en Amerika over als imperiale grootheden, qua omvang, militaire macht en ambitie. In India, Afrika en Zuid-Amerika bestonden geen imperiale ambities of opties.

Maar in Europa bestond een probleem. Wie zou namens Europa handelen, Europa verdedigen, een staatsbestel handhaven dat beantwoordde aan de wensen van de Europese bevolking? Hiervoor ontstond een crypto-imperium dat de Europese Unie heet, but dared not speak its name.

De recente Europese herinneringen aan de imperiale staat zijn eerder negatief. Via de ervaring met Napoleon of met Hitler. Het imperium is verdacht. Maar de keuze voor blijvende onderwerping aan een extern imperium (Rusland, Amerika of China) is ook niet aantrekkelijk.

In stelling 1 werd gewezen op de latente ontwikkeling van een imperiale functie, hier wordt gedoeld op de voortdurende improvisaties tegenover urgente crises, door nationale vertegenwoordigers van Europa.

Stelling: De imperiale vormgeving van Europa is actueler dan ooit. Niet omdat Europa dat wil maar door geopolitieke problemen.

Een Europees rijk. Hoe zou dit Europese Rijk er kunnen uitzien?

Arnold Toynbee, de Britse historicus, meende de conclusie te kunnen trekken dat naties, gesteld tegenover levensbedreigende uitdagingen, zich zouden kunnen herpakken in een algemeen rijk. Dit zou na een aantal crises een oplossing bieden.

Is na de collaps van het imperiale streven in Europa een dergelijke positieve uitkomst denkbaar? Ik schets een utopie.

In de eerste plaats is een geografische horizon nodig die de denkbeeldige grens van het imperium aangeeft. De actuele vraag is of men Rusland tot aan de Oeral hiertoe rekent. Ook stelt de vraag zich of de overzijde van de Middellandse zee, van Turkije tot de Maghreb, zich hier binnen kan vinden.

In de tweede plaats zullen door historische of psychologische redenen, zoals patriottisme van naties, provincies, er geledingen wenselijk zijn die binnen het imperium een zekere autonomie en identiteit behouden. Het experiment met de federale Duitse staat lijkt een model voor de federalisering van Europa.

In de derde plaats lijkt een imperiaal politiek centrum nodig, dat tegenover de buiten en binnen wereld knopen doorhakt. Deze imperiale functie is geopolitiek besluitvormend, en heeft daarvoor middelen, d.w.z. inkomsten, een militaire interventiemacht, en politieke legitimiteit nodig.

In de vierde plaats dient vormgegeven te worden aan een burgerschap van het imperium. Civis europaeus sum. Dit geld voor de Europee jeugd. Maar dit is van essentiële betekenis bij de integratie van miljoenen migranten die niet vanzelfsprekend tot de Europese naties behoren. Migranten kunnen evenzeer een bindmiddel als een splijtzwam zijn.

Stelling: een passieve houding tegenover een federaal Europa is waarschijnlijk, maar een actieve is nodig, die een geografische horizon, een federatieve vorm, een geopolitiek centrum en een burgerschap in de komende decennia vorm geeft.

Adriaan van der Staay

17 februari 2022